"Trainen om te overleven"

Het muziektheaterstuk Marcus Antonius gaat over vrijheid. Het stuk heeft in 2006 en 2007 gespeeld en zal in 2024 weer te zien zijn. Alle personages in het stuk zijn op zoek naar een manier om zich geestelijk, lijflijk of maatschappelijk vrij te voelen of bevrijd te zijn.

Omnia werd geboren rond 100 jaar voor Christus. Toen haar leefgebied door de Romeinen werd bezet, werd ze op jonge leeftijd meegenomen naar Rome, waar ze als slavin in een gladiatorenschool opgroeide. Haar dagen waren gevuld met zware arbeid en de constante dreiging van straf, maar te midden van deze ellende vond ze een onverwachte fascinatie voor de vechttechnieken die ze om zich heen zag. Deze fascinatie was niet slechts een manier om haar geest af te leiden; het werd de kern van haar overlevingsstrategie. In haar hoofd begon ze een plan te smeden om ooit haar vrijheid terug te krijgen, een plan dat werd aangewakkerd door de brandende woede over haar ontvoering en verkoop als slavin.

Omnia’s woede was diep en onverzoenlijk. Elke zweepslag, elke schreeuw van een opzichtige Romeinse meester herinnerde haar aan wat haar was ontnomen. Ze was vastbesloten om nooit te vergeten, om nooit op te geven. Met een sterk ordenend vermogen, verworven door jaren van overleven en observeren, wist ze aanzien te verwerven bij de gladiatoreneigenaar die haar had gekocht. Haar intelligentie en organisatorische vaardigheden maakten haar onmisbaar in de school, en ondanks haar status als slavin, begon ze langzaam maar zeker respect af te dwingen.

Toen Xenia, een gladiatrix die haar vrijheid had verkregen en een eigen gladiatorenschool was begonnen haar voor een enorm bedrag overkocht, voelde Omnia voor het eerst een sprankje hoop. Xenia was anders dan de anderen; ze begreep wat het betekende om geketend te zijn, zowel fysiek als mentaal. In Xenia’s school werd Omnia niet alleen een werkneemster, maar ook een vertrouwelinge en vriendin. Xenia gaf haar de vrijheid, een moment dat voor Omnia zowel bevrijdend als beangstigend was. Ze had jarenlang gedroomd van dit moment, maar de realiteit ervan was overweldigend. Wat betekende het echt om vrij te zijn? Hoe zou ze haar leven opnieuw kunnen opbouwen?

In de gladiatorenschool van Xenia ontmoette ze ook Andrea, een andere voormalige slavin die door Xenia was gekocht en de vrijheid had gekregen. Omnia vond in Andrea een zielsverwant, iemand die dezelfde pijn en dezelfde dromen deelde. Samen smeedden ze een plan om een opstand voor te bereiden tegen de Romeinen door gladiatoren op te leiden. Het idee van een opstand gaf Omnia een nieuw doel, een manier om haar woede en haar vaardigheden te kanaliseren naar iets groters dan zichzelf.

Met elke dag die verstreek, groeide Omnia’s vastberadenheid. Ze trainde de gladiatoren met een vurige passie, wetende dat hun succes ook haar succes zou zijn. Ze droomde van de dag dat ze de Romeinse ketenen zou breken, niet alleen voor zichzelf, maar voor alle onderdrukten. Zal het hen lukken om met een slavenopstand onder leiding van Spartacus het Romeinse Rijk te veroveren en zo hun droom van ultieme vrijheid te verwezenlijken? Voor Omnia was het niet slechts een droom; het was een belofte die ze zichzelf had gedaan, een belofte om nooit meer een slavin te zijn.

In dit proces leerde Omnia veel over zichzelf en over de kracht van hoop en solidariteit. Haar vriendschap met Xenia en Andrea gaf haar de emotionele steun die ze nodig had om door te gaan. Ze realiseerde zich dat vrijheid niet alleen een fysieke staat was, maar ook een mentale en emotionele bevrijding van het verleden. Met elke stap die ze nam, kwam ze dichter bij haar uiteindelijke doel: een leven waarin ze echt vrij was.